Hoe brengen we de lokale kennis van mensen in superdiverse steden naar besluitvormers? Dit was één van de kernvragen die werden besproken tijdens de internationale workshop Engaged Students for Inclusive Cities. Via deze workshop bundelde het Rotterdam Inclusivity Project de krachten met het Centre for Ethnic and Migration Studies (CEDEM) van de Universiteit van Luik (ULiège). De senior onderzoekers, studenten en alumni bespraken samen met de gemeente Rotterdam en het antidiscriminatiebureau RADAR hoe engaged research naar migrantenuitsluiting en inclusief beleid het beste uitgevoerd kan worden.
Het evenement werd geleid door Asya Pisarevskaya, assistent-professor Migration and Diversity Governance aan de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR), die een UNIC4ER Seed Fund ontving ter ondersteuning van samenwerkingen tussen partners van de Europese Universiteitsalliantie UNIC.

Overzicht van de dag
De dag begon met presentaties van alumni van de masteropleiding Governance of Migration and Diversity aan de EUR. Drie EUR-studenten presenteerden hun bevindingen en aanbevelingen van hun mastertheses. Als eerst presenteerde Francesca Celenta de implementatie-uitdagingen van de Nederlandse Nieuwe Inburgeringswet voor eerstelijns migratiemedewerkers. Ten tweede sprak Bo van Ek over de voordelen en fricties die komen kijken bij interactieve bestuursvormen van antidiscriminatie, zoals de betrokkenheid van sociale organisaties bij beleidsvorming. Als laatste besprak José Miguel de la Maza Díaz de rol van opvangcentra bij het aanpakken van slachtofferschap van illegale mannelijke migranten in Rotterdam.
Het tweede deel van de workshop bestond uit een rondetafelgesprek. Er werden discussies gevoerd over de rol van studentonderzoekers in betrokken onderzoek. Zowel in het masterprogramma Governance of Migration and Diversity (aan de EUR) als in het masterprogramma Immigratiestudies (aan CEDEM, ULiège) worden studenten aangemoedigd om hun onderzoeksprojecten uit te voeren in en over de steden via nauwe samenwerking met maatschappelijke partners. De studenten kregen aanbevelingen over hoe ze toegang konden krijgen tot overheidsactoren en grassroots-organisaties om gegevens te verzamelen voor hun onderzoeksprojecten. Er werd ook besproken hoe ze het beste betrokken kunnen zijn naar de geïnterviewden in hun onderzoek. Asya Pisarevskaya, de organisator van het evenement, benadrukt dit: “Ik zou studenten echt aanraden om contact te houden met de mensen die ze interviewen. Het opbouwen van langetermijnrelaties en vertrouwen tussen jou en je respondenten is één van de belangrijkste stappen die je als onderzoeker kunt nemen.” Een duidelijk voorbeeld dat ter sprake kwam over het verkrijgen van de juiste kennis en het opbouwen van een vertrouwensrelatie, is dat een onderzoeker soms baat kan hebben bij het afwijken van een vragenlijst. Dit kan een ruimte creëren waarin kernproblemen aan bod komen die anders onbesproken zouden blijven.

De onbenutte kansen van lokale kennis
Veel kansen voor onderzoek en beleid liggen in de rijke ervaring van de gemiddelde Rotterdammer. Deze ervaringen zijn lang niet altijd wijdverspreid bekend of worden effectief gebruikt door beleidsmakers die beslissingen nemen voor de stad. Remco Liu-van Dorp, teamcoördinator ‘Inclusief Samenleven’ voor de gemeente Rotterdam, is het hiermee eens: “Ik denk dat we niet de ervaringskennis in de stad en de wijsheid van mensen moeten vergeten, maar dat we het in ons onderzoek en beleidsvorming er veel meer bij moeten betrekken.” Door de presentaties en de daaropvolgende discussies tijdens deze workshop verkregen sociale en gemeentelijke vertegenwoordigers van de stad Rotterdam waardevolle inzichten in hun uitdagingen op het gebied van migratie- en diversiteitsbeleid. Nauw luisteren en co-creatie tussen maatschappelijke organisaties, universiteiten en gemeenten werd genoemd als een belangrijk onderdeel van effectieve interorganisationele samenwerking.
Academische studenten spelen een cruciale rol bij het overbruggen van deze kloof tussen lokale inzichten, academische kennis en de communicatie ervan naar besluitvormers. Ze voeren vaak kwalitatief onderzoek uit waarbij ze lokale kennis verkrijgen. Door het schrijven van een scriptie en soms een beleidsnota wordt lokale kennis geanalyseerd met bestaande academische kennis. Ze zorgen ervoor dat besluitvormers op de hoogte zijn van de mogelijkheden en uitdagingen waarmee gemeenschappen worden geconfronteerd en kunnen hierop reageren via passend beleid. Hierdoor worden studenten de katalysatoren voor meer inclusief beleid dat beter aansluit bij de behoeften van Rotterdammers. Het overbruggen van de kloof tussen ervaringskennis en academische inzichten is ook het doel van het Rotterdam Inclusivity Project, de initiatiefnemer van deze workshop. Door een ruimte te creëren om de bevindingen van onderzoek te bespreken, kunnen de samenwerkingspartners elkaars perspectieven beter begrijpen en verwachtingen op elkaar afstemmen. Dit verbetert op zijn beurt de volgende rondes van engaged research, uitgevoerd als onderdeel van het project. Op deze manier kan beleid gebaseerd worden op lokale en academische kennis om beter aan te sluiten bij de behoeften van de bredere samenleving.
Tot slot, studenten die betrokken onderzoek uitvoeren zijn belangrijke schakels voor de kennis uit ervaring die bij de lokale bevolking in een stad ligt. Workshops zoals deze creëren ruimtes waarin samenwerking mogelijk is tussen studenten van universiteiten, maatschappelijke organisaties en gemeenten. De verschillende verhalen van deze organisaties geven waardevolle inzichten in hoe beleid verbeterd kan worden. Deze workshop is bij voorkeur het begin van een langdurige samenwerking om beleidsmakers te verbinden met de samenleving.